Zelfsabotage is eigenlijk zelfbescherming

About the Author: Nikki Nooteboom

Zelfsabotage is zelfbescherming

‘Zelfsabotage’. We herkennen het allemaal. Uitstelgedrag, keiharde zelfkritiek, relaties saboteren voordat iemand ons kan verlaten. Het is een term die doordrenkt is met negatieve connotaties. We noemen het ‘ongezonde patronen’, ‘innerlijke weerstand’, of ‘zelfdestructief gedrag’. We worden aangemoedigd om deze ‘beperkende overtuigingen’ te overwinnen, ze los te laten of ze simpelweg te negeren.

👉 Maar wat als we het verkeerd beoordelen?

Want zelfsabotage als beschermingsmechanisme zien maakt het ineens heel logisch en vele malen minder beschamend. Wat als deze delen van ons geen obstakels zijn die we moeten bevechten, maar oude bondgenoten die ons proberen te behoeden voor pijn?

Zelfsabotage als Bescherming

Zelfsabotage is vaak geen bewuste keuze, maar een diepgewortelde strategie om onszelf veilig te houden. Deze strategie ontstaat vaak in de kindertijd, wanneer we ons in een situatie bevinden waarin we weinig controle hebben over onze omgeving of onze reacties daarop. Bijvoorbeeld:

  • Een kind dat opgroeit in een omgeving waarin liefde en bevestiging voorwaardelijk zijn, leert dat het nooit ‘goed genoeg’ is. Dit kan later leiden tot perfectionisme of een verlammende angst om te falen. Want als je faalt, word je afgewezen – en dat is onveilig.
  • Een kind dat vaak bekritiseerd wordt, ontwikkelt een interne criticus die de kritiek vóór is: “Als ik mezelf afbrand voordat iemand anders het doet, doet het misschien minder pijn.”
  • Een kind dat zich machteloos voelde in onveilige situaties, leert dat het veiliger is om niet te proberen, om geen risico’s te nemen. Beter in de schaduw blijven dan opnieuw geconfronteerd worden met machteloosheid.

Deze mechanismen blijven vaak actief in ons volwassen leven, ook als de oorspronkelijke bedreiging allang voorbij is. Ze functioneren nog steeds als beschermers, ook al lijken ze ons juist tegen te werken.

Hoe we strijden tegen wat ons probeert te helpen

In de samenleving wordt zelfsabotage vaak gezien als een probleem dat opgelost moet worden. We krijgen boodschappen zoals:

  • “Denk gewoon positiever!” → De positieve psychologie moedigt ons aan om negatieve gedachten te negeren, zonder te onderzoeken waarom ze er zijn. Maar als we deze delen negeren, blijven ze harder roepen, want ze hebben een belangrijke boodschap: “Er is hier nog pijn die je moet zien.”
  • “Je bent gewoon bang voor succes!” → Angst voor succes is vaak angst voor de consequenties van gezien worden, van verwachtingen, van het risico op falen. Door het af te doen als irrationele angst, missen we de kans om te begrijpen wat deze angst werkelijk beschermt.
  • “Stop met jezelf saboteren en pak de regie over je leven!” → Dit impliceert dat de delen die ons proberen te beschermen verkeerd zijn, en dat we ze met kracht moeten onderdrukken. Maar dat is juist wat die delen gewend zijn: vechten, vluchten, bevriezen. Dit vergroot de innerlijke strijd en bevestigt de schaamte waardoor deze beschermingsmechanismen ooit ontstonden.

Wanneer we deze beschermende delen beschamen, bevestigen we eigenlijk de oorspronkelijke wond: “Je mag niet zijn zoals je bent.”

Een nieuw perspectief: Luisteren in plaats van vechten

Wat als we onze zelfsaboterende delen niet meer als vijanden zien, maar als boodschappers? Dan kunnen we stoppen met ze te bevechten en in plaats daarvan nieuwsgierig worden naar wat ze beschermen. Wat een opluchting!

Zelfsabotage wijst naar onze pijn, naar trauma. Het vertelt ons waar oude wonden nog niet geheeld zijn, waar machteloosheid nog in ons systeem zit. Wanneer we deze delen met compassie benaderen, in plaats van met strijd, kunnen we ontdekken wat ze echt nodig hebben.

Wat kan dit betekenen in de praktijk?

  • In plaats van jezelf te veroordelen omdat je iets uitstelt, kun je vragen: “Waar ben ik bang voor? Wat bescherm ik hiermee?”
  • In plaats van je innerlijke criticus te bevechten, kun je luisteren: “Wat probeer je me te laten zien? Welke pijn probeer je te voorkomen?”
  • In plaats van jezelf te dwingen uit je comfortzone te stappen, kun je je afvragen: “Wat maakt dat deze stap zo onveilig voelt? Wat heb ik nodig om me veiliger te voelen?”

Door deze delen serieus te nemen en ze niet af te wijzen, kunnen ze langzaamaan ontspannen. Veiligheid is de sleutel: pas als je je veilig genoeg voelt, kunnen oude overlevingsstrategieën transformeren.

Dus de volgende keer dat je jezelf ‘betrapt’ op zelfkritiek, uitstelgedrag of angst om zichtbaar te zijn, vraag jezelf dan niet af: “Hoe stop ik dit?”

👉 Vraag jezelf af: “Wat probeer ik te beschermen?”

👉 En luister. Want daar ligt de sleutel.

Gerelateerde posts